Zondag 11 februari 1990; de zeventiende vakantiedag
’s Morgens waren A.G. & Kate in de kerk weer van de partij om medewerking aan de zondagochtenddienst te verlenen. Bryan, de dominee, moest ergens anders een dienst leiden en daarom werd in deze dienst voorgegaan door een (zeer jonge) andere dominee. Het thema voor deze dienst, volgens de kerkkalender van de Methodistenkerk in Engeland, was ‘education Sunday’. Net zo als bij ons in de kerk te doen gebruikelijk is werd er voordat de kleinste kinderen naar de zondagsschool zouden gaan eerst een verhaal verteld waarin het thema van de dienst tot uiting komt. Deze dominee vertelde een prachtig verhaal over Lego en plasticine. Meestal is het zo dat ook de grote mensen veel uit zo’ n kinderverhaal mee kunnen nemen. Deze dienst was daarop geen uitzondering.

Na de dienst, terwijl we aan het afbreken en opruimen waren, kwam Derek bij ons langs. Derek, een gehandicapte en daardoor erg moeilijk verstaanbare jongen, was de avond daarvoor samen met z’n vader naar de ‘singing’ geweest. Hij wilde toen heel erg graag een LP van A.G. & Kate mee hebben, maar had niet voldoende geld bij zich. Ik begreep de jongen erg slecht en hoorde pas later van iemand anders dat het voor Derek en z’n vader absoluut onmogelijk was om zich een plaat van ’t duo te permitteren. Toen hij na de dienst weer bij ons kwam staan hebben A.G. & Kate hem maar eentje gegeven. Het was een prachtig gezicht om de blijdschap die dan ineens op het gezicht van zo’n jongen zichtbaar werd te zien.

Het was erg opvallend, maar net als een paar dagen eerder in Exning zat ook hier op zondagochtend de kerk stampvol nadat er op zaterdagavond vrijwel niemand op kwam dagen. Na de dienst gingen we weer terug naar Stan en Sylvia. Stan Saunders, ruim 70 jaar oud, maakte samen met mij een rondwandeling door de tuin. Tijdens het wandelen vertelde hij honderduit over de tuin, over de bomen die hij geplant had en welke plannen hij had voor nog te planten bomen en de nog uit te breiden tuinvijver. Vroeger woonden Stan en Sylvia op een erg grote boerderij, maar toen dat allemaal een beetje teveel begon te worden hebben ze de boerderij verkocht en zijn ze in het huisje dat ze eerst aan anderen verhuurden gaan wonen. De tuin was enorm groot, en zoals het de echte Engelsman betaamt praatte Stan er met groot enthousiasme over. Ik leerde dat een ‘elm’ een lindeboom is en dat een ‘yewtree’ een taxusboom is. Tegen de tijd dat Sylvia het eten klaar had werden wij uit de tuin gehaald. De tafel was inmiddels gedekt, we moesten wel een beetje snel eten want we moesten nog door naar Lakenheath, Sylvia wilde ons echter niet laten gaan voordat we ons volledig vol gegeten hadden. Ik nam zelf (volledig tegen m’n principes natuurlijk) drie verschillende toetjes!

Lakenheath is een grote gecombineerde luchtmachtbasis van het Amerikaanse en Engelse leger. De basis ligt een paar uur rijden ten noorden van Thetford, midden op de hei, de ‘heath’ zoals dat hier vroeger genoemd werd. Wij vinden dankzij het navigatievermogen van Kate zonder enig probleem de basis, dat is ook niet zo moeilijk, hij is immers groot genoeg. De juiste ingang te vinden, dat was een stuk moeilijker. Juist dit weekeinde was er een groep Arabische terroristen die de publiciteit wilden zoeken en aangekondigd hadden dat er in Europa mogelijke acties konden plaats vinden. Op Lakenheath namen ze dit soort dreigementen uiterst serieus en de bewaking van het complex was dus navenant. Nadat we ongeveer een uur bij de verkeerde poort in de rij hadden gestaan werden we gecontroleerd en vervolgens naar een andere poort verwezen, hier kwamen we weer in een rij terecht…

Nadat we uiteindelijk naar binnen mochten, voorzien van allerlei registratie- en andere pasjes, werden we door de dominee van de basis naar de kerkzaal gebracht. De kerkzaal had het formaat van een bescheiden voetbalveld, werkelijk enorm groot. De dominee begon met wat helpers video-spullen naar binnen te slepen terwijl wij probeerden een zo gunstig mogelijke plek voorin de zaal te kiezen zodat we konden beginnen met het naar binnen slepen van onze spullen. De ellende met dit soort grote zalen is dat er zo verschrikkelijk ver met al die zware koffers en kisten gesjouwd moest worden. De ‘singing’ in deze kerkzaal werd integraal over een heleboel verschillende Amerikaanse bases uitgezonden als onderdeel van de geestelijke verzorging van de soldaten. Nadat de spullen opgesteld waren, begon de zaal vol te stromen met echtparen met kinderen, mensen in uniform, mannen, vrouwen en kinderen. Spontaan begon men allerlei koren te zingen. Op een bepaald moment ging de man die ons verwelkomde naar voren en vertelde ons dat was om ons ‘at home’ te laten voelen we ons aan elkaar moesten voorstellen. Heel de mensenmenigte, gauw zo’ n drie- vierhonderd, begonnen uitvoering aan het gedane verzoek te geven. ‘Hello, I’m Mike, how are you?’ Ik vond het een beetje onpersoonlijk, ondanks de pogingen van de mensen om  een wat persoonlijker tintje aan de dienst te geven.

Vervolgens werd begonnen met een interview met A.G. & Kate. Het duo was al een keer eerder op deze basis geweest en in een poging het gesprek gaande te krijgen haakte de voorganger daarop in. A.G. gaf op zo’n overtuigende (en langdurige) wijze antwoord op de gestelde vraag dat het interview tot slecht één vraag beperkt bleef. Ondanks het feit dat A.G. & Kate erg veel van oorsprong Amerikaans materiaal in deze ‘singing’ deden, was het toch verschrikkelijk hard werken voor een beetje respons uit de zaal. Voor mijn gevoel waren dit typische ‘consumptie-luisteraars’, mensen die niet zo erg kritisch zijn op hetgeen ze horen, als ze maar wat horen. Na de ‘singing’ verkocht ik in de platenstand een ‘lovin’-cup’ aan een mokkenverzamelaar. Het opschrikt ‘handmade in Holland’ gaf de doorslag bij de verkoop. Zowel voor A.G. & Kate, maar zeker ook voor mij, is deze ‘singing’ te boek gesteld als een van de minst spirituele, één van de ‘singings’ waar voor ons het minst ‘uit te halen’ viel.

Bij het inpakken van de Landrover konden we constateren dat we onze tweede lekke band van deze tour opgelopen hadden. Bij het vorige optreden op Lakenheath hadden A.G. & Kate ook al een lekke band. De dominee en de bewoners van de basis hielpen even en verwonderden zich over het vreemde toeval…

Terug bij Stan en Sylvia Saunders thuis werden we achter de thee met ‘quiche and salad’ gezet, Stan zat op z’n praatstoel droge Engelse moppen te vertellen. Hij vertelde ook dat de schrijver van ‘Dad’s army’ (‘Daar komen de schutters’) en ‘Allo, ‘allo’ bij hen in de straat daar in Little Fakenham woont. Toch wel leuk om in zo’ n straat te wonen….

Deze dag was trouwens de dag dat Nelson Mandela door de Zuid-Afrikaanse regering werd vrijgelaten. Eindelijk werd er wat door de Zuid-Afrikaanse regering aan gedaan om het gruwelijke apartheidssysteem (dat wij Nederlanders daar geïntroduceerd hebben) op de lange duur uit te bannen. Mandela overheerste op een heerlijke wijze het nieuws, en iedereen had vandaag het gevoel dat er iets geweldigs was gebeurd. Er stond een mooi artikel over in de Sunday Express. Wanneer zouden ze in Nederland met een krant op zondag beginnen?

Nadat A.G. & Kate naar de caravan aan de overzijde van de straat gegaan waren hebben Stan en ik nog naar het snookeren gekeken. Tegen de tijd dat dat afgelopen was vond ik het ook wel welletjes en ben maar naar bed gegaan.

Vorige post Volgende post

Onderaan de post is een blokje waar u een reactie achter kunt laten. Ik stel dat zeer op prijs! U wordt gevraagd om een mailadres. Dit mailadres wordt niet gepubliceerd, maar stelt mij – als beheerder van deze site – in staat om te reageren op uw reactie.