Het was een van de laatste zondagen van de maand september dat we naar het Klooster Ter Apel reden om daar een kijkje te nemen. In eerste instantie had ik bedacht dat ik al m’n materiaal en foto’s in één post zou verwerken, maar dat bleek een beetje te veel van het goede te worden. Dan maar twee posts gemaakt bedacht ik toen. De eerste post richtte zich iets meer op de geschiedenis van het klooster en in deze (tweede en laatste) post komt een deel van onze foto’s aan bod. Globaal volg ik de route zoals we die door het klooster hebben gewandeld.

Net buiten de ingang waar wij naar binnen gingen zag ik dat er een aantal jaren geleden een boom was omgezaagd. Ook was er zwam te zien op de achtergebleven wortels van de omgezaagde boom. Ik fotografeer graag paddenstoelen en maakte dus een foto. Later bleek dit de plek te zijn waar de Twaalfapostelenboom heeft gestaan. ‘k Heb op Internet wat zitten napluizen over deze boom die waarschijnlijk geplant is tijdens of vlak na de bouw van het klooster. Verderop in het klooster zag ik een stuk hout aan de muur hangen met de toelichting zoals die onder de tekening (uit het begin van de vorige eeuw) te lezen is…

De twaalf apostelenboom stond bij de oostvleugel van de kloosterkerk. Het was een Winterlinde (Tilia cordata), ook wel kleinbladige Linde genoemd. De schattingen liepen wat uiteen, maar vermoedelijk is de boom bijna 500 jaar oud geworden tot deze, in de nacht van 28 op 29 december 2007, bij een storm is omgewaaid. Het daarom hoogst waarschijnlijk dat de boom door de oorspronkelijke bewoners van het klooster, de broeders van de Orde van de Kruisheren is geplant. De boom leidde al jarenlang een kwijnend bestaan. Ooit werd de boom geknot en vervolgens groeiden er twaalf nieuwe takken uit. Hierop werd de boom min of meer heilig verklaard, want de twaalf takken zouden op de twaalf apostelen duiden. De ‘heiligverklaring’ is vermoedelijk het uiteindelijke doodvonnis van de boom geworden. Ondanks de ‘heiligverklaring’ werd de boom niet meer goed onderhouden. Er werd niet meer goed gesnoeid, de takken werden te lang, en de boom scheurde langzaam uit elkaar. Er liep regenwater in de stam en van binnenuit begon de boom weg te rotten. Echter voordat het noodlot zich in 2007 had voltrokken zijn enten van de oude boom genomen om nieuwe Lindes te kweken. In 2015 is één ent opnieuw naast het klooster geplant vlakbij de plek waar de oude boom stond. Ondertussen heeft zich ook een uitloper van de oude boom toch nog weten te handhaven op de oorspronkelijke plek. We hebben nu dus twee 12 apostelen bomen! Schenking van R. Kriek, Ter Apel 2020.

In deze ruimte waren een aantal kazuifels (bovenkleding van priesters) te zien uit de eigen collectie van het klooster (uit de laat 19e-eeuw). Bij kazuifels is er sprake van een kleurensymboliek. Groen is de kleur van de hoop en wordt het hele kerkelijk jaar door gedragen. Rood wordt gedragen op feestdagen van de Heilige Geest (zoals Pinksteren) en op de feestdagen van martelaren (bloed) zoals Sint Stefanus (op tweede kerstdag). Paars wordt gedragen op dagen van boete; de vastentijd en advent. Ook wordt paars vaak tijdens uitvaarten gedragen. Zwart wordt gedragen tijdens uitvaartplechtigheden en op Allerzielen. Wit is de kleur van Maria en alle hoogfeesten. Goud wordt gedragen als vervanging van wit, om een extra feestelijk tintje te geven. Roze hoort te worden gedragen op de derde zondag van advent en op de vierde zondag van de veertigdagentijd. Roze is een mengsel van wit en paars en de priester kan deze kleur kazuifel dragen om (in het midden van de boetetijd) om te kunnen laten zien dat het paars binnenkort wit zal worden. Omdat deze kazuifel maar twee dagen per jaar wordt gedragen en kostbaar in aanschaf is wordt hij lang niet overal gedragen.

Op de kerkbank die hierboven is afgebeeld zijn de zeven hoofdzonden afgebeeld in de vorm van armsteunen. Hoofdzonde is een term die in de Katholieke Kerk wordt gebruikt, maar in oorsprong minstens teruggaat tot de oude Grieken. Het gaat hierbij om zeven zonden die ieder aan de basis liggen van vele andere zonden. Ze werden als lijst in de 6e eeuw opgesteld door paus Gregorius I, maar zijn al in de 4e-eeuw door geestelijken in een gesystematiseerd overzicht beschreven. De zeven hoofdzonden zijn (met hun Latijnse benaming) Hoogmoed of ijdelheid (Superbia) Hebzucht of gierigheid (Avaritia) Onkuisheid of wellust (Luxuria) Nijd of Jaloezie (Invidia) Onmatigheid of vraatzucht (Gula) Woede of wraak (Ira) Luiheid of gemakzucht (Acedia) Ik heb het vermoeden dat hieronder ‘Hoogmoed of ijdelheid’ is afgebeeld…

In de kanunnikenkerk is het graf van Johannes Emmen (de laatste prior van het klooster) te vinden op de plek die met een ketting is afgezet.

Hildegard von Bingen (1098~1179) beschreef in haar beroemde boek Physica niet hoe de planten er uitzagen, maar omschreef ze op zeer beeldende wijze onder andere in termen van warm, koud, nat en droog. Deze kwaliteiten zouden namelijk invloed hebben op de gemoedstoestand van het lichaam. Zij begreep als een van de eersten dat kruiden alleen werken als het gebruik er van gepaard gaat met een sterk geloof in de heilzame werking ervan. Zij wist dat ‘rust, regelmaat en reinheid de sleutel zijn tot een lang en gezond leven’. Hildegard von Bingen werd 81 jaar, voor de tijd waarin ze leefde was dat zeer oud (!) en hanteerde tijdens haar leven deze zes gouden regels Uw levensmiddelen zijn uw geneesmiddelen Gebruik voor uw gezondheid geneesmiddelen uit de natuur Schenk aandacht aan een natuurlijke slaap in afwisseling met voldoende beweging Let op een verstandig evenwicht tussen werk en ontspanning Reinig uw lichaam van gifstoffen door baden, sauna en vasten Ken uzelf, ook uw gebreken en tracht deze te compenseren door genezende en beschermende factoren (deugden).

De hop in de kloostertuin verwijst waarschijnlijk naar de geschiedenis van het bier brouwen in het klooster.

Wanden van gevlochten wilgentenen die vervolgens aangesmeerd werden met leem.

Heel mooi is hier de bovenkant van de constructie van de gewelven van de kerkzaal te bekijken.

Het Klooster Ter Apel heeft een geschiedenis van bierbrouwen die terug gaat tot 1465, het jaar waarin de kruisheren begonnen met de bouw van Domus Novae Lucis. Voor wat betreft het brouwen werkten de kruisheren aanvankelijk samen met de norbertijnen (of witheren) in Emden, Duitsland. De kruisheren van het klooster in Ter Apel ontvingen in 1521 een brouwketen als schenking van een brouwersweduwe uit Lathen in het hedendaagse Duitsland. De kruisheren overzagen niet alleen de productie van hun eigen bier, maar verwierven tevens bier uit Emden. Er zijn brieven uit 1576 en 1577 bewaard gebleven van de gebroeders Henrick en Tonnys Priecker te Emden over zendingen van onder meer Hamburger bier. Uit inventarisatie van de kloosterbezittingen in 1614 en in 1637 blijkt dat één van de bijgebouwen in de directe nabijheid van het klooster een Back en Brouwhuys betrof op de locatie waar nu het Hotel-Restaurant Boschhuis gevestigd is. De brouwgeschiedenis tref je nog steeds aan in de bossen rondom het klooster in de vorm van verwilderde hop die dateert uit de beginjaren van het klooster en van nature niet in deze streken groeit.

Drie glas-in-loodramen uit 1954 vormen een combinatie in de erker van de refter in de noordelijke buitenwand van het voormalige kruisherenklooster. Er bevonden zich in de erker voorheen ramen van de schilder Han Bijvoet. Op initiatief van de Raad voor de Kunst van de gemeente Groningen werden deze echter verwijderd en vervangen door de ramen van Dijkstra. Het drieluik heeft een wat ongebruikelijk beeld. Het linker raam verbeeldt de aanbidding der wijzen. Het middelste raam verbeeldt Jezus, Maria en Martha voor de opwekking van Lazarus. Het rechter raam verbeeldt Johannes op het eiland Patmos ten tijde van het schrijven van Openbaringen.

Vorige post

Onderaan de post is een blokje waar u een reactie achter kunt laten. Ik stel dat zeer op prijs! U wordt gevraagd om een mailadres. Dit mailadres wordt niet gepubliceerd, maar stelt mij – als beheerder van deze site – in staat om te reageren op uw reactie.