Dinsdag 26 november 1991; de elfde vakantiedag.
Vrij vroeg was ik op deze ochtend alweer uit de veren. Gisteravond had Mike me verteld waar ik de douche en het toilet zou kunnen vinden, voor mij was het nu eerst tijd om de (eigen) veertjes maar weer eens op te poetsen. Toen ik eindelijk met veel moeite de douche aan de praat had gekregen en plannen ging maken om mijzelf maar eens flink in te zepen kreeg ik de schrik van m’n leven. Drie van de vier wanden van de douche waren vrijwel volledig begroeid met een ietwat vochtige en zwart ogende vegetatie, die bij nader onderzoek bijzonder snel los bleek te laten en dan in van die grote vochtige schilfers naar beneden dwarrelde. Bah! M’n gevoel voor persoonlijke hygiëne won het echter (weliswaar na enige strijd) van m’n weerzin tegen deze situatie, maar uiteindelijk kwam ik dan ook min of meer schoongepoetst weer naar beneden. Valerie was al naar haar werk. Mike regelde, in een staat van vrijwel volledige chaos, het huishouden. Hij had destijds geen baan vanwege een lichte handicap, en zodoende zorgde Valerie voor het inkomen en Mike voor het geregel achter de schermen. Mike en Valerie hadden een klein hondje, een puppy eigenlijk nog. Tess (het hondje) had ontdekt dat ze mij wel aardig vond en sinds de voorgaande avond deed ze haar uiterste best om maar zoveel mogelijk profijt van m’n tijdelijke aanwezigheid in huize Price te krijgen. Het hondje was vrijwel constant ‘all over me’ en wilde voortdurend m’n gezicht likken en geaaid worden. Verschrikkelijk!

Tijdens het ontbijt praatten we wat moeizaam over de gebeurtenissen van gisteravond. Mike bleek een ‘local preacher’ te zijn en in die hoedanigheid had hij iets meer kijk op de gang van zaken in de plaatselijke gemeenten dan de gemiddelde kerkganger.

Binnen de Methodistenkerk wordt gewerkt met ‘local preachers’. Elk circuit heeft een dominee aan het hoofd, maar omdat een circuit uit meerdere kerken bestaat waar min of meer op dezelfde tijd diensten gehouden worden, wordt de dominee ondersteund door een aantal ‘local preachers’. Dit zijn mensen die na een verkorte training zelfstandig in staat zijn diensten te leiden. In verschillende (wat progressievere) Methodistenkerken, bijvoorbeeld in Newton, spreekt men tegenwoordig ook wel van ‘lay pastoral assistants’.
Llanfairpwllgwyngyllgogerychwyrndrobwllllantysiliogogogoch is de op twee na langste plaatsnaam ter wereld. Het plaatsje ligt op Angelsey, dus niet echt in de buurt van Chirk. Deze plaatsnaam ontstond omdat een aantal lokale zakenlieden de langste stationsnaam van het Verenigd Koninkrijk wilden hebben (en dat lukte). Oorspronkelijk hat het plaatsje een wat kortere naam. Het is wel een van de dingen waar veelvuldig mee gekoketteerd wordt in Wales. Tijdens een andere reis heb ik lang geoefend op het uitspreken van deze naam. Het heeft me een aantal weken gekost, maar uiteindelijk heb ik het (net als A.G. trouwens) voor elkaar gekregen… Hoe dat klinkt? Ongeveer zo…

Mike was een Welshman in hart en nieren en daardoor was hij ook een van diegenen die niet echt veel van de mensen uit Engeland moet hebben. Chirk en de naaste omgeving daarvan beviel hem prima, het was er mooi genoeg voor hem, de mensen bevielen hem prima en hij woonde er goedkoop in een ‘councel house’ (geen wonder eigenlijk…). Na het ontbijt en voordat A.G. & Kate mij op kwamen pikken voor het optreden van vanmiddag kon ik nog even een klein rondje rond het huis maken (de dagelijkse frisse neus) en m’n spullen wat beter ordenen. Toen het duo mij uiteindelijk ophaalde bleek dat we na ons bezoek aan het plaatselijke bejaardentehuis ook een radio-interview voor de lokale BBC-afdeling in Oswestry moesten maken. In de Landrover verzekerde A.G. mij dat ik, zodra ik een exemplaar van George Borrow’s boekje ‘Wild Wales’ zou zien, ik het aan zou moeten schaffen en lezen (uiteraard).

Diegenen die mij iets beter kennen weten dat ik dergelijke adviezen van A.G. slechts met heel veel moeite naast mij neer kan leggen. Veel later, in Halifax, vond ik eindelijk het beoogde boekje. Inderdaad, Mr. Buining had weer eens volledig gelijk… De eerste alinea in de inleiding van het boekje was een aardige beschrijving van Wales en de gemiddelde Welshmen:

‘Wales is a country interesting in many respects and deserving of much more attention than is has hitherto met with. Though not very extensive, it is one of the most picturesque countries in the world, a country in which Nature displays herself in her wildest, boldest, and occasionally loveliest forms. The inhabitants, who speak an ancient and peculiar language, do not call this region Wales, nor themselves Welsh. They call themselves Cymry or Cumry, and their country Cymru, or the land of the Cumry… Bron: Wild Wales, George Borrow (1854)

Vrij vlot na het ontbijt bracht Mike me naar de Methodistenkerk aan de rand van Chirk, de plaats waar A.G. & Kate hun Landrover en caravan geparkeerd hadden. Mike trok zich vrij vlot weer terug naar huis en zodoende bleven we met z’n drieën over. Nog even wat bijkletsen en een kopje koffie zodat A.G. z’n hoofdstuk uit zou kunnen lezen (hij had vrijwel altijd een hoofdstuk uit te lezen), en we konden (eindelijk in de ogen van Kate) op weg naar huize Ashgrove in St. Martins, een klein particulier bejaardentehuisje op ongeveer twee mijl afstand van Gobowen, de plaats waar we gisteravond z’n geweldige ervaring opdeden. Valerie had zich goed van haar taak gekweten want meestal bleef werk in bejaardentehuizen en dergelijke liggen omdat de lokale organisatie daar niet zo’n groot belang aan hechtte… A.G. & Kate deden dit werk echter graag, zeker als ze toch in de buurt waren. Heel vaak leverde vrij weinig op, maar het was toch altijd weer meegenomen. Het gevoel iets voor deze (vaak zeer eenzame) mensen te kunnen doen gaf over het algemeen de doorslag. Het tehuis bleek inderdaad ‘way out in the sticks’ te staan. Ongeveer 10 bewoners met looprekjes en breiwerkjes werden hier verzorgd door 4 enthousiaste personeelsleden. Omdat het allemaal heel erg klein was besloten A.G. & Kate dat er wel akoestisch gespeeld zou kunnen worden, bovendien scheelde dat een hoop gesjouw, onder andere voor schrijver dezes…

De aanloop naar het optreden ging wat wonderlijk, sommige bewoners bleken absoluut geen interesse te hebben, anderen begonnen juist heel erg op te leven toen ze bekende liedjes en hymnen hoorden. Uiteindelijk bleken er zelfs nog mensen in de gang te zitten omdat de woonkamer waar opgetreden werd veel te klein bleek te zijn… De leiding van het tehuis had al aangegeven dat er eigenlijk geen geld voor het optreden gemist kon worden, en juist daarom werd het heel erg gewaardeerd dat A.G. & Kate toch bereid waren voor deze mensen op te treden. Ik installeerde mij in een hoek van het vertrek met schrijfblok en camera onder handbereik en wachtte op de dingen die zouden gaan komen.

A.G. & Kate openden, zoals gebruikelijk was bij dit soort optredens, met ‘The long legged guitar pickin’ man’, onmiddellijk gevolgd door ‘Bayou lullaby’. De mensen begonnen wat losser te worden, ze hadden nu in de gaten dat ze niet vanwege een teveel aan herrie weggeblazen zouden gaan worden, er was zowaar enige levendigheid te bespeuren. Het duo kwam tot dezelfde conclusie want A.G. begon een lang verhaal over ‘the cat’s song’. Ik was zeer verwonderd en probeerde snel na te denken wat er nu zou gaan komen. M’n verbazing was dan ook redelijk groot toen het om een oude song van Lester Flatt bleek te gaan met daarin de volgende twee regels:

 I’ll lock the door, put out the cat.
And I’ll go steppin’ too.

U mag nu uiteraard zelf gaan raden wat de titel van deze song is… Nadat A.G. & Kate ook nog ‘Good night Irene’ van Huddie Leadbetter (beter bekend geworden onder de naam ‘Leadbelly’) gezongen hadden volgde er een lang verhaal van A.G. over het optreden voor de dames van ‘The Bright Hour’ in Hawtonville. Hij vertelde hoe hij me toen had proberen uit te huwelijken aan een bejaarde dame van bijna 84, en gaf aan dat het hem bijna gelukt was. De hier aanwezige dames knipoogden vriendelijk m’n kant op, en ik voelde me, net als de vorige keer echt een beetje ongemakkelijk. Ik begreep best dat het af en toe interessant is om in een programma een andersoortig verhaal te vertellen, maar af en toe voelde ik me een beetje ongemakkelijk als tijdens het verhaal bleek dat ik het onderwerp was. Tja, het hoorde er blijkbaar bij…

Een song die het bij alle aanwezigen altijd weer goed deed is ‘You are my sunshine’ van Jimmie Davis. Zo ook deze keer. Nadat A.G. vertelde hoe Davis de song ooit kocht van een broodschrijver en hoe mooi Davis de song tot op hoge leeftijd nog steeds zong (vond u dat ook?), werden ook deze oudjes getrakteerd op een schitterende uitvoering van dit wereldsucces van Jimmie Davis. Het was prachtig om te zien hoe oude vrouwtjes van in de 90 met hun voeten de maat mee tikten terwijl A.G. & Kate stonden te zingen, vrijwel iedereen deed mee. Eigenlijk was het heel wonderlijk hoe A.G. & Kate met een dergelijk ‘moeilijk’ publiek om konden gaan. Na een verhaal over The Carter Family, Ralph Peer en Okeh Records volgde een blokje autoharp, bestaande uit ‘The wildwood flower’ en ‘Free from the chaingang now’. Uiteraard moest Kate ook deze keer aan het publiek uitleggen wat een autoharp was en een korte ontstaansgeschiedenis ten beste geven.

U kunt het verhaal van Ralph Peer, Okeh Records en The Carter Family nog eens goed nalezen in de hoestekst van de dubbel LP ‘The Bristol Sessions; historie recordings from Bristol, Tennessee, featuring The Carter Family, Jimmie Rodgers and twenty-one other artists’. Johnny Cash zei ooit eens over deze opnames: ‘these recordings in Bristol in 1927 are the single most important event in the history of country music’. Deze schitterende dubbel LP is uitgegeven door The Country Music Foundation.

Omdat A.G. niet zo snel een klok kon vinden omdat we de installatie niet opgebouwd hadden (een klokje maakte daar een vast deel van uit) had hij niet in de gaten dat de gestelde tijd van één uur optreden al bijna voorbij was. Het duo zette het programma echter voort met ‘The Missouri waltz’ (de song die ik in eerste instantie geselecteerd had om als titelsong van de jubileumplaat te dienen), en Francis Jane van Alstyne’s (zij is later beter bekend geworden als Fanny Crosby) ‘Blessed assurance’…

Blessed assurance, Jesus is mine:
0 what a foretaste of glory divine!
Heir of salvation, purchase of God;
Born of His Spirit, washed in His blood.

This is my story, this is my song,
Praising my Savior all the day long.
Perfect submission, perfect delight,
Visions of rapture burst on my sight;

Angels descending, bring from above
Echoes of mercy, whispers of love.
This is my story, this is my song,
Praising my Savior all the day long.

Perfect submission, all is at rest,
I in my Savior am happy and blest;
Watching and waiting, looking above,
Filled with His goodness, lost in His love.

This is my story, this is my song,
Praising my Savior all the day long.

Van deze hymne gaat het verhaal, dat toen een vriendin haar de muziek voorspeelde en vroeg waaraan ze dacht, Fanny Crosby onmiddellijk ‘Blessed assurance’ zei. Een dag later was de hymne geschreven…

Terwijl A.G. & Kate verder zongen en de bewoners zaten te genieten schreef ik aan m’n dagboek en zat wat gedachteloos naar buiten te kijken. Ik zag de kippen los over het grasveld lopen en mijn gedachten dwaalden wat af. A.G. & Kate gingen ondertussen over op de banjo, meestal een teken dat het optreden ten einde liep. Ze zongen ‘My heart is fixed eternal God, fixed on Thee’, en terwijl ik wat gedachteloos mee zat te doen liet ik m’n camera uit m’n handen vallen. Met een redelijk kabaal viel het ding op de grond, iets wat me onmiddellijk de opmerking ‘Harry, behave yourself!’ opleverde. A.G. vertelde ondertussen het verhaal over de moeder met de elf kinderen…

Een moeder had 11 kinderen. Iemand vroeg haar van welk kind ze het meest hield, gewoon om het haar een beetje moeilijk te maken. Ze antwoorde dat ze evenveel van alle 11 kinderen hield en dat ze geen onderscheid maakte. De andere persoon nam daar geen genoegen mee en begon aan te dringen dat er toch momenten moesten zijn waarop ze meer van één dan van de andere 10 hield… Waarop de moeder antwoorde: ‘I love the one that’s lost the most; until he’s found. And I love the one that’s sick the most; until he’s better’.

Alhoewel hij het verhaal al eerder in Hawtonville vertelde, vond ik het nog steeds een prachtig verhaal. Het voordeel was natuurlijk dat de mensen hier het nog niet eerder gehoord hadden… Het gaf wel degelijk stof tot nadenken. Uiteraard was de laatste song van dit programma het inmiddels zeer bekend geworden ‘Travelling the highway home’. Voor Martha, één van de bewoonsters van dit tehuis, werd op verzoek van het personeel nog een extra toegift gezongen… ‘Jesu, Thy boundless love to me’. Ze zat heel stil en volledig stralend te luisteren. Prachtig! Op dat soort momenten was ik blij dat ik erbij mocht zijn… Terwijl we aan het opruimen waren maken we kennis met Jim, een inmiddels blind geworden bewoner. Vroeger was hij een veldprediker. Het was jammer dat we eigenlijk geen tijd meer hebben om wat meer met de man te kunnen praten.

Van het bejaardentehuis gaan we snel naar Oswestry. Hier had de BBC een kleine lokale studio. Via een telefoonlijn werd er verbinding gezocht met de studio in Londen. Een kort interview (ongeveer 10 minuten) was alles waar we hier de tijd voor kregen. A.G. & Kate deden hun best maar op mij kwam deze manier van een programma maken wat onwezenlijk over. Ik zat stil in een hoekje, probeerde zo weinig mogelijk lawaai te maken en wachtte tot het over was. Na het interview was er gelukkig nog wat tijd over om even wat te winkelen. Bij W.H. Smith vond ik een prachtig fotoboek over Noord-Wales. Omdat ik een paar dagen terug geen boek over/van het Peak District te pakken had kunnen krijgen was ik best wel blij met het boek over Noord-Wales. De rest van deze middag gebruikten A.G. & Kate om een krant in het Welsh voor mij te kopen en voor het bezoeken van Pete Ryan in Penycae.

Pete Ryan is een oude makker van A.G. & Kate en heeft indertijd enorm bijgedragen om A.G.’s platenverzameling z’n huidige (en behoorlijk grote) omvang te laten krijgen, bovendien heeft hij in het grijze verleden veel optredens voor A.G. & Kate geregeld in Wales. De drie EP’tjes van het duo (‘A tie that binds’, ‘On a narrow gauge train track’ en ‘Where the mountains meet the master’) herinneren nog steeds aan die periode. Geen wonder dus dat A.G. deze kans eigenlijk niet voorbij wil laten gaan om eens weer te kijken wat Pete zoal heeft staan en om weer eens wat bij te praten. Pete’s huis blijkt voor 95% in gebruik te zijn als opslagruimte voor ongeveer 100.000 (!) LP’s en CD’s, alhoewel A.G. wel enige interesse toont, weet hij zich te beheersen. Ik ben überhaupt niet in staat om in zo’n grote warwinkel snel keuzes te maken, en heb het dan ook maar achterwege gelaten…

In 1976 en 1977 namen A.G. & Kate drie EP’s op (met drie songs per kant; in totaal dus zes songs). Alle drie lijken ze geïnspireerd te zijn door het wat ruige landschap van Wales; dat inderdaad ook adembenemend mooi is. Ik ben maar weer eens in m’n archief gedoken om ze alle drie maar weer eens tevoorschijn te halen. Hoewel ze alle drie gesigneerd zijn, vond ik deze de meest kleurrijke, vandaar dat ik van deze EP maar een scan aan dit verhaal heb toegevoegd. Niet alleen dat; het was ook de eerste van de drie. In die tijd werd door A.G. & Kate samengewerkt met Aart Koedood, vandaar dat ‘Cowdead’ (links op deze afbeelding) ook gemeld wordt…

Op deze dinsdagavond waren we door Valerie geboekt in het kerkje van Rhosymedre, een klein plaatsje in de buurt. De kerk was wat moeilijk te vinden en het uitladen van de geluidsapparatuur was vervolgens een kleine aanslag op m’n uithoudingsvermogen. Het was (en is) voor mij onbegrijpelijk waarom er in de toegang tot sommige kerken zoveel trappen, bochten en deuren verwerkt moesten worden… De effectiviteit van de plaatselijke organisatie bleek ook hier weer. Het optreden was geadverteerd als een ‘coffee evening’, en men wist hier pas tien dagen terug dat A.G. & Kate zouden komen. Sterker nog, op de eigengemaakte postertjes stond weer duidelijk te lezen dat er een collecte voor de financiën van de kerk gehouden zou gaan worden!

Het postertje van het optreden van deze avond. Het was vooral de op één na onderste zin die alle ellende veroorzaakte. Wat de mensen in Chirk er toe bracht een compleet nieuw affiche te maken (wat niet eens zo goed was gelukt) weet niemand meer. Waarschijnlijk heeft de gedachte dat men vond dat de collecte voor de kerk moest zijn hierin een rol gespeeld; da’s mijn veronderstelling…

Ook nu bleek weer hoe soepel A.G. & Kate een dergelijk probleem op konden vangen. Het feit dat Valerie dit soort georganiseer voor de eerste keer deed zorgde ervoor dat de tekortkomingen in de organisatie vrij vlot vergeven werden, maar op het moment zelf was het best wel even vervelend. Ik had trouwens niets om mij druk over te maken; de fouten in de organisatie die ik wel eens uitgehaald heb… Laat ik er maar over zwijgen… De dames van de organisatie in Rhosymedre waren erg soepel, vrij vlot begrepen ze wat de bedoeling van A.G. & Kate eigenlijk was. Eigenlijk waren behoorlijk blij met de stellingname van A.G. & Kate dat het belangrijk is om de mensen eens wat ‘geestelijk voer’ te geven in plaats van een simpel avondje amusement.

Nadat het duo zich aan het publiek (vreemd genoeg overwegend vrouwen deze keer, echt heel erg weinig mannen) had voorgesteld en hun relatie tot Wales had uitgelegd begint hun programma. Deze keer begonnen A.G. & Kate hun programma het de uitspraak ‘a smile a day keeps the devil away’, waarschijnlijk omdat de mensen wat (te) serieus en afwachtend in de banken zaten. De eerste hymne van deze avond was betrekkelijk onbekend, maar wel eentje met een erg mooie tekst en titel; ‘Jesus, unified by Thy grace’, # 773 uit het hymnbook. Het stuk dat A.G. & Kate zongen bestond uit de laatste 9 coupletten van veel een groter geheel dat uit 29 (!) coupletten bestond…

Jesus, United by Thy grace
And each to each endeared,
With confidence we seek Thy face.
And know our prayer is heard.

Still let us own our common Lord,
And bear Thine easy yoke,
A band of love, a threefold cord,
Which never can be broke.

O, make us of one spirit drink;
Baptize into Thy name;
And let us always kindly think
And sweetly speak the same.

Touched by the loadstone of Thy love.
Let all our hearts agree.
And ever t’ward each other move.
And ever move t’ward Thee.

To Thee, inseparably joined.
Let all our spirits cleave;
O, may we all the loving mind
That was in Thee recieve.

This is the bond of perfectness,
Thy spotless charity;
O, let us (still we pray) possess
The mind that was in Thee.

A.G. ging behoorlijk uitgebreid in op de laatste drie coupletten van deze hymne. Deze drie coupletten stonden niet in het hymnbook, maar ons duo had daar natuurlijk weer iets op gevonden… Het tekstboekje van ‘Ye servants of God’ gaf uitsluitsel. Ook deze hymne staat weer vol met referenties naar verschillende Bijbelteksten. Het voert mij veel te ver om daar in dit verslag uitgebreid op in te gaan, maar ik kan het u van harte aanbevelen om het tekstboek(je) bij de plaat eens goed door te werken, het is een gedegen stukje huiswerk.

Grant this, and then from all below
Insensibly remove;
Our souls their change shall hardly know.
Made perfect first in love.

With ease our souls through death shall glide
Into their paradise.
And thence on wings of angels ride
Triumphant through the skies.

Yet when the fullest joy is given
The same delight we prove;
In earth, in paradise, in heaven,
Our all in all is love.

Tegen de tijd dat deze hymne gezongen en de uitleg uitgesproken was, was er inmiddels ruim een uur van het programma verstreken. ‘Love divine, all loves excelling’ (#267), beter bekend als ‘the national anthem of Methodism’ was A.G. & Kate’s volgende hymne. Uiteraard werd het publiek deze keer niet onthouden dat de melodie (‘Blaenwern’) door een Welshman geschreven was! Mocht u, net als ik destijds, regelmatig naar ‘Songs of praise’ kijken (elke zondagavond, BBC 1, 19:35 uur) dan bent u vast wel eens een mooie uitvoering van deze hymne tegengekomen. Aan het publiek stelde A.G. verschillende vragen over de melodie, onder andere ‘what do you use it for?’ De antwoorden kwamen wat schoorvoetend, maar het bleek dat deze hymne voor alle mogelijke doeleinden gebruikt werd. Bij begrafenissen, huwelijken, ja eigenlijk overal voor… ‘What song do you sing to this melody?’ ‘What do you think, ‘Love divine’ of coursel’

In de Methodistenkerk is het gebruikelijk dat er aparte hymnbooks en aparte tunebooks in gebruik zijn. Het is dus heel goed mogelijk om een bepaalde hymne op drie of vier verschillende melodieën te zingen. Een sprekend voorbeeld daarvan is te vinden op een verschillende platen van A.G. & Kate. ‘O for a thousand tongues to sing’ is een van de voorbeelden die mij zo te binnen schiet…

Waarschijnlijk omdat ze het deze middag hadden kunnen oefenen, zongen ze ook nu weer ‘Blessed assurance’, het publiek wist deze hymne goed te waarderen, want ze zongen als lijsters! ‘Thou hidden source of calm repose’ uit 1749 was de volgende hymne, en net als de eerste hymne van dit programma was dit er eentje van het wat zwaardere kaliber. Over de tegenstellingen waarmee Charles Wesley in deze hymne werkte hebben we het al eens eerder gehad, u kunt dit in een eerder gedeelte van dit verslag nalezen… In relatie tot deze hymne volgde een verhaal over Richard Wurmbrand.

Naar mijn informatie was Richard Wurmbrand een protestante dominee uit Roemenië, die vluchtte vanwege het feit dat hij daar nogal heldere taal sprak over de ‘vervolgde kerk’ als een van de slachtoffers van het communistische juk. Wurmbrand werd in Roemenië natuurlijk steeds verder ‘eingeëngt’ en vluchtte daarom naar de USA, waar hij zich later zeer actief bemoeide met het lot van de ‘vervolgde kerk’ in Oost-Europa. Uit A.G.’s betoog kwamen in relatie tot de stellingname waar deze hymne van uit gaat drie aspecten (kernbegrippen) naar voren:

amazingly happy
fearless
getting into trouble

Wellicht was het een aardige suggestie om eens het boekje van de LP waar deze hymne op te vinden is op te zoeken en de tekst van de hymne nog eens rustig door te lezen, waarbij de drie voorgaande begrippen in gedachten gehouden worden… De ‘love offering’ (collecte) werd gevolgd door ‘Stupendous heights of heavenly love’, wat weer gevolgd werd door # 696 ‘Jesu, Thy boundless love to me’, tevens de laatste hymne van deze avond. Aan het einde van deze dinsdagavond kwam ook weer het aanbod van ‘een boek voor de gretige lezer’, uiteraard onder de voorwaarde dat de ontvanger van het betreffende boek zijn/haar mening schriftelijk aan het duo mee zou delen… Valerie was deze avond een van de gelukkigen. Na het optreden was er de gebruikelijke ‘tea and biscuits’. Meestal was dat een hele uitkomst voor de wat onregelmatige eters onder ons (A.G. & Kate en ikzelf). Tijdens het theedrinken viel het ons op dat deze kerk over nog originele ‘chapelware’ beschikte en onmiddellijk waren zowel A.G.’s als mijn interesse gewekt.

A.G. is een fanatiek verzamelaar van originele ‘chapelware’. Vroeger hadden de meeste kerken hun eigen serviesgoed, uiteraard met de naam en/of het logo van de kerk er op… A.G. heeft een neus voor dit soort zaken en is ook helemaal opgetogen als hij weer een ‘nieuw’ artikel aan z’n verzameling toe kan voegen. Ik vind het ook wel leuk, maar mijn gedrevenheid in het verzamelen er van is een stuk kleiner als die van A.G…

Over de loop der jaren heb ik afstand gedaan van mijn (kleine) verzameling ‘Methodist Chapelware’. Hoe dat er uit zag? Eigenlijk een beetje zoals dit kop en schoteltje. Een beetje ouderwets… Deze foto vond ik trouwens op het Internet.

Voorzichtig informeerden we Kate over onze ontdekking en we vroegen haar of ze de kosteres aan wilde spreken over onze ontdekking. Zij ging onmiddellijk aan de slag en aan het einde van deze avond zijn we allebei de trotse bezitters van een paar schoteltjes met een stempeltje van deze kerk erop. Pas toen viel het ons op dat dit van oorsprong een Primitive Methodist Church ws. Leuk om te weten in relatie tot een hymne als ‘My heart is fixed eternal God, fixed on Thee’; want zoals u inmiddels weet is deze hymne afkomstig uit deze hoek. Het schoteltje maakte deze avond weer goed, en goed gemutst gingen we weer terug naar Chirk. We hadden de afspraak gemaakt dat we onze spullen de volgende ochtend op zouden kunnen halen en gingen nu eerst mee terug naar Mike en Valerie’s huis. Omdat het mij een aardig idee leek om deze keer met Mike en Valerie mee te rijden maakte ik van hun aanbod gebruik en stapte in de auto (bij het hondje op de achterbank). De vreugde bij het beestje was ontroerend en voordat ik het goed en wel door had moest ik de grootste moeite doen om het beest van me af te houden.

Waarom had ik dat soort dingen altijd weer net iets te laat in de gaten? Toen ik even wat wilde gaan verzitten, ging ik per ongeluk op een van de piepbeestjes van het hondje zitten. Actief als Tess was, had ze er uitgebreid mee gespeeld en op gekauwd en de gevolgen lieten dan ook niet op zich wachten. Het ‘piepje’ was al lang zoek en de inhoud van het als bijtobject gebruikte speeltje kwam daardoor nogal vlot naar buiten… Een natte spijkerbroek vanwege een overdosis hondenspeeksel en een smerig gevoel was het gevolg van m’n wat plotselinge en ondoordachte actie. Toen ik A.G. & Kate de volgende dag verslag van m’n belevenissen deed werd er een nieuwe uitdrukking aan m’n vocabulaire toegevoegd. Ik wist vanaf dat moment wat een ‘spuughondje’ is…

Bij Mike en Valerie aangekomen dronken we samen nog een kop koffie. Voor Valerie was het een aardige opsteker dat A.G. & Kate naderhand best tevreden blijken te zijn over het optreden. De meeste aanwezigen hadden tijdens de ‘tea and biscuits’ dan ook al aardig goed op het optreden gereageerd. Terwijl deze discussie gaande was zat ik eigenlijk al naar een uitvlucht te zoeken om mij maar naar m’n zolderkamertje terug te trekken. Uiteindelijk bleek het feit dat ik m’n nat geworden spijkerbroek uit wilde trekken het beste argument dat ik mij maar kon wensen, men begreep me zodra ik het meldde… Voor het slapen gaan kon ik nog even in m’n boekje over Noord-Wales lezen; heerlijk!

Onderaan de post is een blokje waar u een reactie achter kunt laten. Ik stel dat zeer op prijs! U wordt gevraagd om een mailadres. Dit mailadres wordt niet gepubliceerd, maar stelt mij – als beheerder van deze site – in staat om te reageren op uw reactie.

Vorige post Volgende post