Als zo lang ik mij kon herinneren woonden oom Klaas en tante Griet in Winnipeg, de hoofdstad van de staat Manitoba in Canada. Ergens in de periode dat we in Zwolle woonden kwamen oom Klaas en tante Griet voor familiebezoek naar Nederland. Kort na de 2e wereldoorlog waren ze geëmigreerd. Mijn opa en oma van moeders kant van de familie waren in die periode 50 jaar getrouwd; ik denk dat het familiebezoek daar mee samen hing. De broers en zussen werden dan ook bezocht. Mijn moeder was de jongste van de kinderen van opa en oma. Bovendien woonden we niet meer op de kwekerij, maar in een flatgebouw. Een konijnenhok zoals mijn moeder ooit eens zei…
Mijn moeder had het dus bepaald niet naar de zin in de flat aan de Palestrinalaan in Zwolle. Ze vond het maar niets. Mijn vader had werk gevonden op de papierfabriek van Van Gelder in Wapenveld. Hij werkte voor het eerst in zijn leven in een 3-ploegendienst rooster. De papierfabriek was echter bezig met plannen voor een 5-ploegendienst. Dat zou met zich meebrengen dat er op zaterdagen, zondagen en feestdagen doorgewerkt zou moeten gaan worden. Mijn vader zat behoorlijk met deze kwestie in z’n maag omdat hij principieel op tegen was om op zon- en feestdagen te moeten gaan werken. Hoe nu verder, dat was de vraag…
Oom Klaas en tante Griet hadden bij eerdere bezoeken aan mijn ouders ook al aangegeven dat Canada het land van onbegrensde mogelijkheden was. Dat deden ze deze keer opnieuw. Ze zouden werk kunnen gaan zoeken voor mijn vader binnen zijn oude vak van kweker, ze zouden waarschijnlijk ook wel een woning voor ons kunnen vinden. Ik was een jochie van een jaar of 12 ongeveer, misschien niet iets ouder en kreeg niet zo veel mee van de overwegingen waar mijn ouders mee aan het worstelen waren gegaan. Het was natuurlijk ook nogal een grote stap. Eerst naar Zwolle verhuizen en nu opnieuw gaan verhuizen, maar dan naar een onbekende plek in een onbekend land aan de andere kant van de oceaan. Deze verhuizing zou ook betekenen dat mijn vader weer zijn eigen vak kon doen, en voor mijn moeder zou het betekenen dat ze weer terug kon naar een huis op de begane grond. Toch was er ook veel twijfel over deze enorme stap.
Op een bepaald moment stuurden oom Klaas en tante Griet een foto van het huis dat ze voor ons in gedachten hadden. Ze hadden ook al aangegeven dat ze werk voor mijn vader hadden gevonden op een boomkwekerij in een dorp ten noorden van Winnipeg. Ik ken een verhaal dat mijn moeder een keer iets gezegd heeft in de richting van dat ‘we ons altijd af zouden vragen hoe het geweest zou zijn als we niet zouden gaan’. Ik herinner mij dat er een enorme houten kist afgeleverd werd in Zwolle. Een aanzienlijk deel van ons huisraad ging in opslag bij mijn opa en oma want die hadden een groot huis. Ik nam afscheid van de vrienden op school, en ook familie. Maar het gezin Vogel ging in het najaar van 1971 inderdaad de grote sprong naar Canada wagen.
Update:
Facebook reacties